Olieverf op paneel, 1636
Ariadne verleidt de zeegod Poseidon om er voor te zorgen dat haar vader Minos Koning van Kreta wordt. Zo kan zij zelf de positie van koninklijke prinses verkrijgen.
Ariadne weet de meningsverschillen tussen Minos en diens beide broeders Rhadamanthys en Sarpedon te ontgaan, en zorgt er met hulp van Poseidon voor dat Minos tot Koning wordt gekroond.
Ariadne wordt Staatsraad aan het hof van haar vader, en wordt daar de vrouw achter de schermen die alles regelt.
Ariadnes moeder Koningin Pasiphaë vertelt haar dochter over mannen en wat die altijd van vrouwen willen. Ariadne vindt het maar gezeur van haar moeder. Als de tovenares haar dochter een pilletje geeft ziet Ariadne echter als in een droom hoe haar grootvader Zeus haar grootmoeder Europa heeft ontvoerd.
Ariadne neemt met haar ouders zitting in het gerechtshof van Kreta, waar ze de klacht behandelen van een man wiens vrouw hem niet meer ter wille wenst te zijn.
Samen met haar vader bezoekt Ariadne diens vader Zeus om hem advies te vragen over de wetten van Kreta.
De dramatische dood van haar oudste broer Katreus luidt het begin van de Trojaanse oorlog in. Ariadnes neef Idomeneus trekt met de Achaïsche coalitie ten strijde met tachtig schepen, en zal voorlopig niet meer terugkeren.
Nederlands 
English